Cognitieve therapie gaat over je manier van denken. Samen zullen we kijken of dat wat je denkt (ik ben dom als ik een vraag moet stellen) wel waar is. Kloppen deze gedachten wel? Samen gaan we je gedachten onderzoeken en veranderen wanneer dit nodig is. Je leert hoe je deze gedachten kunt bijhouden en hoe je deze gedachten kunt onderzoeken. Door middel van gedragstherapie ga je jouw gedrag veranderen, zodat je dat wat je juist niet doet, wel gaat doen. De dingen waar we bang voor zijn, doen we vaak juist niet, dat heet vermijden. Op de korte termijn helpt dit vermijden, want je wordt minder bang. Maar op de lange termijn zorgt het vermijden er juist voor dat de angst blijft bestaan en zelfs groter wordt. Maar het kan ook zijn dat je de dingen die je wel doet, niet meer moet gaan doen. Bijvoorbeeld dat je veel te veel gaat leren uit angst om een onvoldoende te halen. Dit is ook een vorm van vermijden: actief voorkomen dat waar je bang voor bent niet gebeurt. Je gaat dan juist leren een normaal aantal uren te studeren, dus iets minder te doen. In gedragstherapie leer je stapje voor stapje te doen waar je bang voor bent. Zo kun je langzaamaan wennen aan de situatie die je moeilijk vindt. We noemen dat exposure. Je zult merken dat tijdens de exposure de angst langzaam minder wordt en je weer meer gaat durven en doen. Ook door met je gedrag te oefenen en de dingen te doen die je niet durfde, kan het zijn dat je op gedachten komt die je helpen om te overwinnen waar je bang voor bent.